Dit is misschien een vreemde naam voor een paddenstoel. Binnen de paddenstoelenwereld zijn diverse groepen/soorten. Een van die groepen zijn de Slijmkoppen. Deze soort groeit pas als de nachten kouder gaan worden en eventueel wat nachtvorst optreedt. Deze paddenstoelen hebben bijna allemaal slijmerige hoedjes en soms ook een slijmerige steel. Slijmkoppen zijn erg zeldzaam. In Leuvenheim langs de Leuvenheimse beek, zijn er op een afstand van ca 500 meter, een aantal te vinden. Dus een erg rijk gebied met deze soort.
Zelf vind ik de mooiste Slijmkop die ik gevonden heb de Goudgerande slijmkop. Bij deze heeft het hoedje een gouden randje, waar de soort zijn naam aan dankt. Bij het ouder worden, worden ze soms erg geel. Deze Slijmkop leeft samen met de beuk. Ze wisselen samen hun voedingsstoffen uit. Zonder elkaar kunnen ze uiteindelijk niet voortbestaan. Goudgerande slijmkop
Een andere Slijmkop is de Ivoorzwam. Deze is helemaal wit, hoedjes, plaatjes, steel en ook een slijmerig hoedje ( foto 3). Er komt nog een Slijmkop voor in Leuvenheim en wel de Bleekrand slijmkop. Die heeft in het centum van het hoedje een donkere umbo en naar de buitenkant is deze wit. (foto 4). Eveneens langs de beek groeit de Viltige slijmkop. Die is enigszins roze van kleur. Ook een slijmerig hoedje. (foto 5). Iets verder van de beek af groeit nog de Olijfkleurige slijmkop (foto 6). De heeft een olijfkleurige hoed en is ook slijmerig bij vochtig weer. Hier in Leuvenheim groeien de Slijmkoppen bij beuk.
Het is de moeite waard om deze soorten eens te bekijken.